Over managers, consultants en andere slimmeriken

Niet echt iets om te wensen, hoewel … Managers, consultants. Ze trotseren uitdagingen, slaan zich een weg door bureaucratische doolhoven, zijn altijd op zoek naar winst in een oneindige mission impossible. Jongleurs met deadlines, experts in multitasken, zonder ooit hun koffiekopje om te stoten. Laten we ze even in hun hemd zetten.

Managers, consultants. Ze trotseren uitdagingen, slaan zich een weg door bureaucratische doolhoven, zijn altijd op zoek naar winst in een oneindige mission impossible.

De heteluchtballon

Een man vliegt in een heteluchtballon over het land en beseft ineens dat hij verdwaald is. Hij ziet onder zich een man lopen en daalt af tot hij binnen gehoorsafstand is.

‘Neem me niet kwalijk,’ roept hij, ‘kan jij mij helpen? Ik heb mijn vriend beloofd hem een half uur geleden te ontmoeten, maar ik weet niet waar ik ben!’

De man beneden antwoordt: ‘Jawel hoor! Je bent in een heteluchtballon en zweeft ongeveer 10 meter boven de grond. U bevindt zich tussen 40 en 42 graden noorderbreedte en tussen 58 en 60 graden westerlengte.’

‘Jij bent zeker een systeembeheerder’ zegt de man in de heteluchtballon.

‘Inderdaad’ zegt de ander, ‘hoe weet je dat?’

‘Nou’, zegt de man in de ballon: ‘alles wat je zegt is technisch gesproken juist, maar ik heb helemaal niets aan die informatie. En ik ben nog steeds verdwaald.’

De man op de grond kijkt peinzend omhoog en zegt: ‘Jij bent zeker een manager?’

‘Dat klopt’, zegt de man in de ballon: ‘hoe weet jíj dat?’

‘Eenvoudig. Je hebt geen idee waar je bent. Je weet al helemaal niet waar je naartoe gaat. Je hebt iets beloofd terwijl je geen idee hebt hoe je die belofte moet waarmaken en je verwacht van mij dat ik uw probleem oplos. Je verkeert nog steeds in dezelfde positie als voor wij elkaar ontmoetten, maar op een of andere manier is het nu ineens mijn schuld.’

De kopieermachine

De nieuwe directeur staat wat verloren bij de papierversnipperaar, met een dossier in zijn handen.

‘Kan ik u helpen?’, vraagt zijn secretaresse.

‘Ja, wellicht wel,’ zegt de directeur, ‘hoe functioneert dit apparaat?’

‘Laat mij maar’ zegt ze, en ze pakt het dossier en duwt het in de papierversnipperaar.

De directeur kijkt haar tevreden aan. ‘Bedankt hoor! En waar komen de kopieën nu uit?’

De herder

Een herder loopt met zijn schapen langs de kant van de weg. Een nagelnieuwe Cherokee Jeep vertraagt. Achter het stuur een jongeman in Hugo Boss hemd, broek van Yves Saint Laurent, Ray-Ban zonnebril omhoog geklapt op het hoofd. De wagen stopt en de man zegt tegen de herder: ‘Als ik kan raden hoeveel schapen je hebt, mag ik er dan eentje hebben?’

De herder kijkt naar de jongeman, kijkt naar zijn schapen en zegt: ‘OK.’

De jongeman parkeert zijn wagen, zet zijn notebook en zijn smartphone aan, surft naar een site van de NASA, scant het terrein af met een GPS-systeem, stelt een database samen met 60 volle Excel-bladen en schrijft een rapport van 150 pagina's dat hij op een high-tech draagbare printer uitprint.

Hij wendt zich tot de herder: ‘Je hebt exact 1586 schapen.’

De herder antwoordt: ‘Wauw, helemaal correct, kies er maar eentje.’

De jongeman kiest een dier en zet het in de kofferbak van zijn jeep.

Voor hij vertrekt vraagt de herder: ‘Als ik uw beroep kan raden, krijg ik dan mijn schaap terug?’

De jongeman antwoordt: ‘Goed.’

De herder zegt: ‘Je bent consultant.’

‘Juist! Hoe heb je dat geraden?’ vraagt de jongeman.

‘Heel simpel,’ antwoordt de herder:

  1. Je komt hier aan zonder dat ik erom vraag.
  2. Je troggelt mij een schaap af om me iets te vertellen dat ik al weet.
  3. En je begrijpt niks van wat ik doe, want je hebt mijn hond in de kofferbak gestopt!’

Koffie graag!

Een jongeman is aangenomen in een grote multinational. Vanaf de eerste dag neemt hij de telefoon, belt de bedrijfscafetaria en brult: ‘een koffie, en een beetje rap!’

Aan de andere kant van de lijn antwoordt een stem : ‘Ik denk dat u verkeerd verbonden bent, weet u wel met wie u spreekt ?’

‘Euh ... Nee ...’ antwoordt de jongeman.

‘Met de Directeur-Generaal!

De jongeman roept daarop nog luider in de telefoon: ‘en jij, dikke opgeblazen directeur-generaal, weet jij wel met wie jij spreekt?’

‘Euh ... Nee ...’ antwoordt de directeur verbluft.

‘Perfect!’ antwoordt de jongeman, en hij legt de telefoon neer.

Einstein en boer Frans

Albert Einstein stapt op het vliegtuig en neemt plaats naast boer Frans. Na de gebruikelijke beleefdheden over en weer vraagt Einstein aan boer Frans of hij een spelletje wil spelen, gezien het een lange vlucht gaat worden. Boer Frans gaat akkoord.

Einstein legt hem het spelletje uit: ‘We stellen om beurten een vraag. Wie de vraag van de ander kan beantwoorden, krijgt 100 euro van de ander.’

‘Leuk spelletje,’ zegt boer Frans, ‘maar Albert, gij zijt de slimste mens van de wereld, hoe kan ik ooit winnen van jou? En rijk ben ik ook al niet.’

‘Ik begrijp het,’ zegt Einstein, ‘weet je wat? Ik krijg van jou 1 euro als ik het antwoord weet op jouw vraag. Weet jij het antwoord op mijn vraag, dan krijg je alsnog 100 euro.’

Boer Frans denkt even na en gaat akkoord. ‘Begin maar,’ zegt hij tegen Einstein.

‘Frans, hoe ver is de maan verwijderd van de aarde?’ vraagt Einstein.

Boer Frans neemt zijn pet af, wrijft zich over de zonverbrande schedel en zegt: ‘100 kilometer.’

‘Maar Franske toch,’ zegt Einstein, ‘veel meer! 400.000 kilometer!’

‘Amai, zo ver,’ zegt boer Frans, en hij geeft Einstein een euro.

‘Dankjewel,’ zegt Einstein, ‘jouw beurt.’

Boer Frans denkt even na en zegt: ‘Het gaat de berg omhoog op vier poten, en het keert terug op drie. Wat is het?’

Einstein krabt op zijn beurt door zijn woelige haardos en denkt lang en diep na. ‘Frans, ik zou het begot niet weten,’ zegt hij, en hij geeft Frans 100 euro.

‘Dankjewel,’ zegt boer Frans, ‘jouw beurt.’

Einstein, op zijn ongemak omdat hij de vraag van Frans niet heeft kunnen beantwoorden, vraagt: ‘wat is het antwoord op jouw vraag?’

Waarop boer Frans: ‘Ik zou het begot ook niet weten, Albert,’ en hij geeft Einstein nog een euro.

Jupiler: mannen weten waarom!

De algemeen directeurs van Stella, Maes en Jupiler duiken na een lange vergadering nog even samen het café in.

De directeur van Stella vraagt aan de cafébaas: ‘Mag ik een Stella alstublieft?’

De cafébaas geeft hem een glas Stella en de directeur drinkt het biertje smakkend uit.

Dan vraagt de Directeur van Maes om een frisse Maes Pils. Het pilsje wordt hem voorgezet en ook hij geniet ervan met volle teugen.

Vervolgens vraagt de directeur van Jupiler om een glas water.

‘Waarom drink je nu niet gezellig mee?’ vragen de twee anderen.

Waarop de directeur van Jupiler antwoordt: ‘Als jullie geen bier drinken, dan doe ik het ook niet’.